Sermon: Satan (Deel 5)
Hoe hem te overwinnen
#044NL
John W. Ritenbaugh
Given 24-Oct-92
summary: In deze preek over het overwinnen van Satan herhaalt John Ritenbaugh dat verwarring of gebrek aan vrede de duidelijke vrucht is van de betrokkenheid van Satan. Het is bijna onmogelijk dat er gerechtigheid wordt voortgebracht in een onstabiele omgeving waar geen harmonie heerst, ontstaan door zelfgerichte ambitie, wedijver en bittere naijver (Jacobus 3:16). Bij het hoofd bieden aan onze sluwe tegenstander (de bron van al deze verwarring) moeten we voortdurend waakzaam zijn (Jacobus 4:7; 1 Petrus 3:5-8), onrechtmatige verlangens weerstaan, Satan niet toestaan een bruggenhoofd in onze gevoelens op te bouwen. Satan werkt consequent in op onze angst dat we ons een of ander vorm van genoegen moeten ontzeggen. Als we loyaal blijven aan God, Satan weerstaan zoals Job, zal Satans macht over ons gebroken worden (1 Johannes 3:8, 5:18). Weerstand moet in onze geest en in ons denken beginnen (2 Corinthiërs 10:3-5); daar proberen demonische invloeden ons over te halen om ideeën te koesteren waarin we onszelf boven de waarheid of de kennis van God verheffen.
transcript:
We komen Satan in bijna alle boeken van het Nieuwe Testament tegen. In het
geval van de brief van Jacobus schreef hij deze aan een gemeente die in diverse
stadia van verwarring en onderlinge strijd verkeerde.
In Jacobus 3 instrueert hij hen hoe ze "duivelse wijsheid" kunnen
herkennen. Ik noem die zo, omdat Jacobus die zo noemt. Hij zegt in vers 15 dat
die wijsheid "aards, ongeestelijk, duivels is." Dat behoort ons te
zeggen, dat die wijsheid zijn oorsprong in Satan vindt en dat die door hem en
zijn demonen wordt verspreid, waarbij ze mensen gebruiken om verwarring en
wanorde onder de mensen te veroorzaken, zodat ze in termen van de kennis die God
gegeven heeft, niet meer weten waar gebruik van te maken.
Jacobus zegt, dat het ontbreken van vrede een heel goed bewijs is dat Satan
erbij betrokken is, omdat Gods weg niet voortbrengt wat Satans weg voortbrengt.
Nogmaals, ons wordt gezegd en dat wordt heel duidelijk gemaakt dat als
we over de bron van iets in verwarring zijn, we naar het bewijs moeten kijken,
naar de vrucht die eruit voortkomt. Die zou ons een aanwijzing moeten geven. Aan
hun vruchten zult gij hen kennen.
Het gaat Jacobus niet om wat degenen die door Satan worden gebruikt, zeggen,
maar hoe ze leven en wat ze voortbrengen in hun eigen leven en het leven van
anderen. Misschien kennen we mensen die hun mening aan anderen proberen op te
dringen. We hebben het allemaal in bepaalde mate gedaan. We zijn allemaal meer
geïnteresseerd geweest in de eigen overwinning dan in de overwinning van de
waarheid. We kennen allemaal mensen die heel sluw zijn we zouden ze handige
jongens kunnen noemen, mensen die weten hoe ze anderen en de omstandigheden ter
bevrediging van hun verlangens moeten manipuleren. We zijn allemaal meer
geïnteresseerd geweest in de eigen overwinning.
Sommige van deze mensen zullen liegen, bedriegen en omkopen, waarna ze heel
handig hun aandeel weten te verbergen om ontdekking te voorkomen. Voor hen
heiligt het doel de middelen, zelfs al moeten ze liegen, zelfs al moeten ze uit
hun humeur geraken, zelfs al moeten ze ervoor pruilen om hun zin te krijgen. Dit
is de houding die mensen met een andere opvatting beschouwt als vijanden die
verslagen moeten worden, in plaats van als vrienden die overtuigd moeten worden.
We moeten dit allemaal zien binnen de context van wat Jacobus aan een
christelijke gemeente schrijft. Dit is geen brief "aan de wereld". Hij
zei dit niet op een evangelisatiecampagne, maar hij schreef dit aan een groep
mensen die reeds bekeerd was.
God zegt via Jacobus, dat wat we zojuist beschreven hebben ongeestelijk is,
het is duivels, het is verkeerd ten opzichte van de waarheid van God, en het is
niets meer dan zelfzuchtige ambitie. (We kunnen dat uit vers 14 opmaken.) "Indien
gij bittere naijver en zelfzucht hebt" we zouden dat in de huidige tijd
waarschijnlijk vertalen met zelfzuchtige ambitie, wat een vorm is van trots en
arrogantie.
Als we in hoofdstuk 4 komen, gaan we zien wat het probleem is waar Jacobus de
vinger op legt. Dat probleem was dat deze mensen die deel uitmaakten van
deze christelijk gemeente oordeelden op basis van wereldse standaards en ze
maakten hun eigen persoonlijke voordeel het hoogste doel binnen de gemeente.
God zegt dat dit niet van boven komt. Het is duivels. Hij geeft hier aan dat
naijver, ijdelheid en zelfzucht uiteindelijk altijd verwarring, wanorde,
disharmonie, onstabiliteit en andere slechte dingen zullen voortbrengen. Dit
kunnen we allemaal halen uit die vijf verzen in Jacobus 3:13-18 het dient
nergens toe in termen van het voortbrengen van de vrucht der gerechtigheid. Het
vernietigt veeleer geestelijk leven.
Nogmaals een herinnering dat Satan hierachter zit en dit vanuit zijn denken
uitbraakt. In vers 17 staat een checklist om te kunnen ontdekken of onze acties
van boven komen.
Jacobus 3:17 Maar de wijsheid van boven is vooreerst rein, vervolgens
vreedzaam, vriendelijk, gezeggelijk, vol van ontferming en goede vruchten,
onpartijdig en ongeveinsd.
"Rein" duidt erop dat er geen achterliggende motieven zijn, de
wijsheid is niet zelfgericht. Dit is de basiskarakteristiek en deze ondersteunt
de andere punten van de checklist. Ze is rein, heeft geen achterliggend motief
en ze zoekt naar waarheid.
"Vreedzaam" duidt erop dat er geen geest van wedijver bij betrokken
is. Het is een manier die juiste relaties voortbrengt. Een andere manier om dat
onder woorden te brengen is dat vrede liefheeft zonder wedijver.
"Vriendelijk" duidt op iemand die attent is voor anderen, zelfs al
zou er alle reden zijn om straffend op te treden. Het is een woord dat in de
bijbel wordt gebruikt om Gods houding jegens Israël te beschrijven. Als er
iemand was die het recht had om tot straffen over te gaan, dan was het God wel,
en toch waren Zijn acties ten opzichte van hen attent, zelfs terwijl Hij degene
was die blootstond aan al hun boosheid en bitterheid. De zonde was tegen Hem
gericht.
"Gezeggelijk" betekent onderworpen, bereid tot toegeven,
gemakkelijk meegaand, verzoenend, maar het betekent in geen enkel opzicht zwak.
Het betekent gewoon dat iemand niet koppig is. Het antoniem van koppig is iemand
die gemakkelijk meegaand en verzoenend is.
"Vol van ontferming en goede vruchten" betekent gereedstaan om te
helpen, zelfs terwijl de ander verkeerd doet; dat is heel moeilijk te doen.
"Onpartijdig" betekent standvastig in de waarheid, zonder
dubbelzinnigheid, recht door zee, onpartijdig.
"Ongeveinsd" betekent dat er zelfs geen schaduw van bedrog is,
oprecht, nooit voorwendend, altijd eerlijk.
Al deze karakteristieken brengen vrede voort, omdat God, niet Satan, in hen
werkt. Dit zijn karakteristieken van Zijn persoonlijkheid. Zij die naar vrede
streven, zijn zij die een oogst van gerechtigheid zullen voortbrengen.
We begrijpen dat er in de fysieke wereld een bepaalde omgeving nodig is om
een goed gewas voort te brengen. We stoppen iets in de grond en als de omgeving
niet juist is, dan zal het gewas niet precies voortbrengen wat er werd verwacht
of niet zoveel als verwacht. God zegt ons dat waar Hij op uit is in ons het
gewas van gerechtigheid, de vrucht van Zijn Geest ook een juiste omgeving
nodig heeft; die omgeving is vrede. Hij zegt niet dat er in andere omgevingen
helemaal geen gerechtigheid kan worden voortgebracht. Hij zegt dat het meeste en
beste tot uiting zal komen in een omgeving waarin vrede heerst.
Het wordt heel duidelijk waarom Satan ernaar streeft verwarring, disharmonie
en instabiliteit tot stand te brengen, omdat gerechtigheid niet goed kan worden
voortgebracht in zulke omstandigheden. Hij weet wat hij doet.
Ik herinner me de film Time Bandits. Satan speelde een rol in die
film; hij zat bij iets wat wel wat leek op een heel grote soepkom. Hij keek erin
en kon dingen zien in de soep en zo af en toe pakte hij zijn roerijzer om in de
soep te roeren, zodat alles goed door elkaar werd gemengd.
Dat is precies wat hij doet, omdat hij niet wil dat Gods doelen werken! Hij
weet dat als hij de zaak in beroering brengt, er slechte relaties zullen
ontstaan. Hij doet dat natuurlijk door zijn voordeel te doen met de menselijke
natuur.
Toen Jacobus dit schreef, was er geen verdeling in hoofdstukken; hij ging
rechtstreeks verder met de volgende gedachte, die we kunnen vinden aan het begin
van hoofdstuk 4. We zien hier bevestigd dat die mensen vechtpartijen en ruzies
binnen de gemeente hadden. Waar kwamen die vandaan? Zij komen voort uit onze
verlangens. En precies daar roert Satan in de pot.
Wat gebeurt er als iemands verlangens rechtstreeks ingaan tegen die van een
ander? Er zal een of andere botsing komen, omdat er slechts een beperkte ruimte
of hoeveelheid is of dat nu materiële rijkdom is, of een stuk land, macht,
positie naar welk aspect van het leven we ook kijken, er zijn altijd mensen
die daarop bepaalde dingen verlangen sociale status, macht of wat dan ook.
We gaan inzien waarom Satan zijn voordeel doet met onze verlangens. Mensen
rechtstreeks tegen elkaar in laten gaan wordt bereikt door ze zover te krijgen
dat ze gaan handelen op basis van hun verlangens. Het hebben van verlangens is
niet verkeerd, maar een onwettig verlangen is dat wel.
We moeten begrijpen dat er voor de christen (binnen deze context) twee
mogelijke voorwerpen van affectie zijn. De ene is de wereld en de andere is God,
en ze staan tegenover elkaar.
Jacobus 4:4 Overspeligen [deze mensen behoorden tot de kerk], weet
gij niet, dat de vriendschap met de wereld vijandschap tegen God is? Wie dus
een vriend der wereld wil zijn, wordt metterdaad een vijand van God.
Het hebben van een warme, vertrouwelijke relatie met deze wereld is het op
goede voet staan met de vijand van God. Wat betekent het in de praktijk om een
vriend van de wereld te zijn? Dat is het overnemen van de waarden en de
verlangens van de wereld, willen wat de wereld wil in plaats van het kiezen in
overeenstemming met de goddelijke standaards of de goddelijke waarheden.
Met andere woorden (als ik het nog duidelijker kan zeggen) als iemand dat
doet, heeft hij zichzelf in feite ondergeschikt gemaakt aan Satan, omdat Satan
de god dezer wereld is! Dat is een keus die we dus heel graag willen vermijden.
Iemand van de wereld zal bijna onveranderlijk ervoor kiezen zichzelf te behagen;
hij zal actie nemen op basis van zijn verlangen; hij zal ervoor kiezen zichzelf
te behagen en hij zal uiteindelijk verwarring, verdeeldheid en oorlog
voortbrengen. Het kan niet anders, omdat de geest van de wereld de geest van
Satan is, en er zijn wetten aan het werk, en wetten brengen datgene voort
waartoe ze zijn ontworpen.
Dat was het probleem in de gemeente waaraan Jacobus schreef. De apostel
Paulus bracht een soortgelijk probleem in 1 Corinthiërs 3 als volgt onder
woorden: "Gij zijt nog vleselijk." Dit waren bekeerde mensen, maar ze
waren vleselijk en ze lieten dit zien door de keuzes die ze maakten. Dat is de
sleutel. Het was niet, dat ze de geest van God niet hadden. Het was dat ze
geestelijk nog zo zwak waren, dat ze ervoor kozen terug te vallen op wat ze aan
karakter, begrip, kennis en visie vanuit de wereld hadden. Ze lieten zien dat
Satan hun leven nog steeds overheerste.
Dat is begrijpelijk, omdat Satan een zeer sluwe en krachtige tegenstander is,
maar hij kan worden overwonnen. Hij kan worden verslagen. Christus deed dat en
wij kunnen dat ook, omdat Christus in ons is.
Toen ik een jongen was, waren de Tarzan films met Johnny Weissmuller
in de hoofdrol erg populair. Elke film had altijd verschillende gedeelten die
heel spannend waren (voor een kleine jongen, wel te verstaan) en gewoonlijk
waren er minstens één of twee oerwoudscènes, waarin het of donker of
schemerig was (vlak voor het invallen van de duisternis of het aanbreken van de
dag); het geluid dat daarbij te horen was, was het geluid van krijsende vogels
en schreeuwende apen; er was ook de standaardopname van de python die door de
bomen gleed; en een opname die één van de grote katachtigen zoals een leeuw,
tijger, panter of luipaard vertoonde, terwijl hij stilletjes door het oerwoud
zwierf.
Er was natuurlijk ook een opname van een Amerikaan of Europeaan die daar
helemaal niet op zijn plaats leek, en die er ook erg angstig en weerloos uitzag,
in een omgeving waarin hij zich zeer kwetsbaar voelde. Het leek er altijd wel op
dat Tarzan op het kritische moment kwam opdagen en hij zou of de dieren bevelen
weg te gaan of hij zou ze in een wanhopig gevecht bestrijden en doden, zodat de
bedreigde persoon werd gered.
Wat er speciaal in mijn geheugen bleef hangen was, hoe kwetsbaar die persoon
er buiten zijn normale omgeving uitzag zo zwak, zo onwetend, en zo slecht
toegerust om in die netelige situatie te verkeren. En ik in mijn
plaatsvervangend delen van die ervaring met hem was erg bang en klemde me
uit angst voor hem aan de armleuningen van mijn stoel vast.
De positie van een christen met betrekking tot Satan en zijn demonen is
soortgelijk, maar in één opzicht misschien zelfs erger, omdat wij veel
kwetsbaarder zijn dan de Europeaan of Amerikaan in het Afrikaanse oerwoud die de
bescherming van Tarzan nodig heeft. Satan, die wordt beschreven als een
brullende leeuw, zoekende wie hij mag verslinden, besluipt ons. We worden
omgeven door de wereld die in veel opzichten op het oerwoud (de jungle) lijkt en
sommige mensen zeggen zelfs: "Het is daarbuiten een jungle."
Maar de wereld is erger dan met wilde dieren gevuld met mensen die
zonder het zelf te weten door Satan de Duivel worden gebruikt. Met de mensheid
lijkt het erop (tenminste aan de oppervlakte), dat we zijn geblinddoekt, dat we
oorproppen in hebben en dat onze handen op de rug zijn gebonden, omdat Satan
onzichtbaar en onhoorbaar is. Ons denken is vrij om te functioneren, maar we
kunnen hem niet zien en niet horen, en hij is ongelooflijk intelligenter,
slimmer en machtiger dan wij zijn.
Het is al moeilijk genoeg ons bewust van hem te zijn, laat staan dat we hem
in de strijd overwinnen. Het is als met David tegen Goliat. Het is als de
Israëlieten tegen de bewoners van het land en u herinnert zich nog wel hoe
beangst ze waren voor de bewoners van het land. Hoe kunnen we het ooit voor
elkaar krijgen? Zullen we net als de Israëlieten terugtrekken? Hoe kunnen we
het ooit voor elkaar krijgen? Er is een manier.
Laten we naar 1 Petrus 5 gaan en deze instructie ter harte nemen. Bedenk dat
ik al eerder zei, dat al is Satan niet het hoofdonderwerp in deze brieven, hij
toch in beeld komt, waarmee wordt aangetoond dat de apostelen zich bewust waren
dat er iemand binnen de gemeente in de pot zat te roeren.
1 Petrus 5:8-9 Wordt nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel,
gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden. 9
Wederstaat hem, vast in het geloof, wetende, dat aan uw broederschap in de
wereld hetzelfde lijden wordt toegemeten.
Ik zou zeggen dat dit vers zeker een aanduiding geeft, dat er weinig ruimte
is voor zorgeloosheid. Er wordt een beroep op ons gedaan om grondige
zelfbeheersing te hebben en waakzaam te zijn. U kunt zich voorstellen dat als u
in het oerwoud zou zijn net als die Amerikanen en Europeanen in de Tarzan
films, dat uw adrenalineklieren de adrenaline in uw bloed zouden pompen en
iedere zenuw in uw lichaam zich bewust zou zijn van het gevaar. Uw
gezichtsvermogen zou scherper worden, uw gehoor, uw bereidheid te vechten, te
rennen, te vluchten te doen wat ook maar nodig is om het leven te behouden.
U zou werkelijk op scherp staan.
Wees dus op uw hoede, wees waakzaam! Waarom? Omdat Satan het erop gemunt
heeft uw vertrouwen te ondermijnen, om verdeeldheid te zaaien en ons zover te
krijgen dat we niet langer geloven en terugvallen op onze vroegere, wereldse
manier van leven. Dat is de richting waarin hij ons probeert te duwen.
Let erop dat er staat: "Zoekende wie hij zal verslinden." (Statenvertaling:
"Zoekende wien hij zou mogen verslinden.") Dat "mogen"
duidt op toestemming. Het is iets dat moet worden gegeven. Hij heeft het
vermogen het te doen, dat wil zeggen ons geestelijk te verslinden, maar het
behoeft niet te gebeuren. Als we dit advies uit vers 8 omzetten in
gebruikelijker taal van de twintigste eeuw, dan zouden we in plaats van nuchter
alhoewel daar op zichzelf niets mis mee is zeggen "blijf rustig",
"blijf met beide benen op de grond staan", "verlies je
tegenwoordigheid van geest niet", "wees niet bang" of "raak
niet in paniek".
Hij zegt ook waakzaam te zijn en dat betekent (in zo'n oerwoudsituatie)
"alle kanten goed in de gaten te houden". Dezelfde bewoordingen worden
ook gebruikt in samenhang met gebed. Het is een deel van onze
verantwoordelijkheid om te bidden dat we niet in verzoeking worden geleid. Dat
maakt deel uit van waakzaam zijn.
Al deze dingen de brullende leeuw, het weerstaan, de beproevingen, het
lijden, de vervolging, de volmaaktheid en de kracht hangen allemaal met
elkaar samen als onderdeel van alles wat er moet gebeuren om Gods doel te
vervullen. We moeten ermee beginnen te begrijpen dat Satan ondanks zijn
ongelooflijke intelligentie, zijn slimheid en zijn macht toch maar een
onwetende pion is in Gods hand om Gods doel tot stand te brengen.
God is veel machtiger dan Satan. Ik ben er zeker van dat als we een
vergelijking wilden maken, we zouden zien dat hoe groot Satans macht over ons
ook is, Gods macht veel groter is dan Satans macht over ons. Ook dit speelt een
rol in wat er in ons leven gebeurt.
Laten we Jacobus 4 opslaan. We zijn daar bijna aan het einde van de brief en
Satan verschijnt in die brief op het toneel.
Jacobus 4:7 Onderwerpt u dus aan God, maar biedt weerstand aan de
duivel, en hij zal van u vlieden.
Biedt weerstand en hij zal vlieden. Waaraan weerstand bieden? Kijk naar de
context die daaraan vooraf gaat. Biedt weerstand aan het toegeven aan een
onwettig verlangen. Dat zou in de context passen, omdat Satan er altijd op uit
is ons zover te krijgen dat we het onszelf naar de zin maken.
Laten we dit onderwerp verder bekijken in Efeziërs om beter te zien wat onze
verantwoordelijkheden zijn. U hebt het thema in de laatste verzen wel opgemerkt,
ze hadden het over onze verantwoordelijkheden weest nuchter en waakzaam.
Efeziërs 4:26-27 Geraakt gij in toorn, zondigt dan niet: de zon mag
niet over een opwelling van uw toorn ondergaan; 27 en geeft de duivel geen
voet.
Heeft Paulus niet gezegd hem geen gelegenheid te geven om een bruggenhoofd op
te richten, een aangrijpingspunt, om ons tot zonde te verleiden? Zonde brengt de
dood voort en dat is Satans doel de dood voort te brengen.
In deze context is het hem geen bruggenhoofd geven, het de duivel geen plaats
geven, rechtstreeks gekoppeld aan een emotie boosheid (toorn). Op zichzelf
is boosheid geen zonde. Geraakt gij in toorn, zondigt dan niet. Er is een
boosheid die goddelijk is. Oprechte verontwaardiging is een goddelijke boosheid.
Maar het koesteren van een boosheid om de verkeerde reden (hier komt het
vervullen van een verlangen) geeft Satan het aangrijpingspunt dat hij nodig
heeft. Hij zal dat heel gemakkelijk veranderen in bitterheid of zondig gedrag.
Laten we heel goed begrijpen dat het hebben van een verlangen niet
ongoddelijk is. Dat is geen zonde. God gaf ons deze gevoelens, zelfs die die we
misschien een beetje negatief vinden. Maar zelfs iets als boosheid is in en op
zichzelf geen zonde. Het leven zou verschrikkelijk zijn zonder gevoelens. Het
zou maar saai zijn. We moeten begrijpen dat dit gebieden zijn de gevoelens
die een zegen zijn van God die Satan, als we niet oplettend, niet waakzaam
en op onze hoede zijn, kan aangrijpen en omzetten in een aangrijpingspunt of een
bruggenhoofd tot zonde. Daar moeten we voor oppassen. Als de emoties beginnen te
werken (zelfs positieve) dan kunnen ze ons de verkeerde richting uit trekken.
Laten we Lucas 4 opslaan. De preek gaat nu een iets andere kant uit, nu we
hebben vastgesteld dat dit een gebied is waar Satan kan werken, dat hij een
zegen van God kan veranderen in een vloek, als we dat toelaten, als we hem de
toestemming daarvoor geven. God laat ons zien dat het iets is waarover wij
zeggenschap hebben.
De context in Lucas 4 is de verzoeking van Christus. We gaan niet in op de
verzoekingen (ik wil hier slechts op één ding de aandacht vestigen), omdat er
sommigen zijn die vinden dat Christus misschien alleen maar deze ene keer werd
verzocht. Maar dat is niet waar.
Lucas 4:13 En toen de duivel alle verzoeking [tests, beproevingen,
druk] ten einde had gebracht, week hij van Hem tot een bestemde tijd.
Satan moet een geweldig ego hebben. Iedereen die denkt dat hij God kan
verslaan en ook echt oorlog tegen Hem voert, moet een geweldig arrogante houding
hebben. We zien hier dat toen God mens werd en belemmerd werd door het vlees,
dat Satan toen weer aanviel, maar hij viel niet slechts één keer aan. Hij deed
dat keer op keer op keer, voortdurend uitkijkend naar een nieuwe invalshoek, een
nieuw bruggenhoofd, een nieuw aangrijpingspunt.
Ik breng dat onder de aandacht, omdat ik wil dat we goed begrijpen dat zijn
tests, dat zijn verzoekingen, dat zijn pogingen ons tot zonde te brengen niet
zullen ophouden, voordat we in het Koninkrijk van God zijn. Hij zal blijven
proberen en uit voortdurende iets andere hoeken op ons afkomen. Verwacht niet
dat hij ons alleen op gebieden waarin we zwak zijn, zal aanvallen. Christus had
geen enkele zwakheid. Satans arrogantie is zo enorm groot dat hij God aanviel (als
we het zo kunnen zeggen) in Gods meest onneembare vesting een aanval
rechtstreeks op Gods woonplaats in de hemel; dat betekent dat hij ons ook op
onze sterke punten zal aanvallen.
We kunnen er zeker van zijn, dat hij vanuit verschillende richtingen op ons
zal afkomen. Als hij een keer niet slaagt, zal hij een andere keer weer op ons
afkomen. Als het succes slechts gedeeltelijk is, dan zal hij vanuit een iets
andere hoek opnieuw op ons afkomen. In het geval van Christus waren de aanvallen
op Hem heel persoonlijk en ik twijfel er niet aan dat hij ons van tijd tot tijd
ook heel persoonlijk zal aanvallen.
Tijdens dit voorval maakte Christus gebruik van de manier van werken die Hij
in het werk van God zou gebruiken. Daarom waren de verzoekingen wat ze waren,
omdat Christus veertig dagen had doorgebracht met hierover na te denken, erover
te mediteren, proberen concrete ideeën en concepten te krijgen over hoe Hij de
waarheid van God aan de wereld zou brengen; hoe Hij God de Vader zou brengen.
Christus werkte Zijn plannen uit; dat waren dan ook de gebieden waarin Satan
verkoos Hem aan te vallen.
1. Christus verplichtte Zichzelf ertoe om niemand met materiële middelen om
te kopen. Met andere woorden, Hij zou zich niet concentreren op het voorzien in
de menselijke materiële behoeften. Dat zou een verdraaiing zijn, omdat het de
aandacht van de mensen op het verkeerde aspect zou richten en het christen-zijn
zou veranderen in een welvaartsreligie. De aandacht, zegt Hij, moet zijn gericht
op het woord van God en op het dienen van God.
2. Hij verplichtte Zich ertoe Gods standaards niet te verlagen. Ik ben er
zeker van dat Jezus op de volgende manier redeneerde: God is God. Hij verandert
niet. Waarheid is waarheid. Die verandert ook niet. Zwart is zwart en wit is wit
en daarom wilde Hij geen volgelingen krijgen door het verlagen van Gods
standaards en ze aantrekkelijk te maken door ze te verruimen. De mensen moesten
hun aandacht richten op Gods waarheid en we zullen straks zien waarom, omdat die
beslissend is voor het verslaan van Satan.
3. Toen Satan Christus zei Zich van de rand van het dak van de tempel te
werpen, werd duidelijk dat Jezus niets van sensatie wilde laten afhangen. Hij
genas alleen de mensen die tot Hem kwamen; er zat natuurlijk een zekere
hoeveelheid reclame in wat Hij deed, maar er waren andere dingen die Hij had
kunnen doen, die een ontzagwekkend vertoon van Zijn macht zouden hebben gegeven
en Hij weigerde die dingen te doen. Alweer, dat zou de aandacht van de mensen in
de verkeerde richting hebben gevoerd en ze zouden Hem zijn gaan volgen omdat er
zich sensationele dingen rondom Hem afspeelden.
Laten we onze aandacht richten op wat onze manieren van verdediging moeten
zijn. Ik wil dat u opmerkt dat ik zei verdediging. We kunnen hem niet zien; we
kunnen hem niet horen. Er is niet heel veel dat we in offensief opzicht tegen
Satan zouden kunnen doen en onze beste aanval zal de verdediging zijn.
Vielen u de instructies van de apostelen op? Biedt weerstand, sta en wees
waakzaam. Ik weet geen enkel geval te noemen, dat er ook maar enigszins op duidt
dat ze een offensieve actie uitvoerden. Zelfs het zwaard van Gods woord (waar we
het, als we tijd hebben, over zullen hebben) is iets dat offensief gebruikt zou
kunnen worden en toch is het in de context van Efeziërs 6 geheel defensief. Hij
zegt sta en verdedig u tegen de vurige pijlen van Satan.
Zelfs met defensieve maatregelen kan Satan verslagen worden. U kunt er zeker
van zijn dat hij in de aanval zal gaan en als hij in de aanval gaat, kunnen wij
in de verdediging gaan en hem toch verslaan.
1 Johannes 2:13-14 Ik schrijf u, vaders, want gij kent Hem, die van
den beginne is. Ik schrijf u, jongelingen, want gij hebt de boze overwonnen.
Ik heb u geschreven, kinderen, want gij kent de Vader. 14 Ik heb u
geschreven, vaders, want gij kent Hem, die van den beginne is. Ik heb u
geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk en het woord Gods blijft in u
en gij hebt de boze overwonnen.
Ik zei u eerder, dat als we in de brieven van Johannes komen, we zullen zien
dat Satan heel veel van doen heeft met waar Johannes over schrijft. Hij wordt
misschien niet rechtstreeks genoemd als zijnde Satan, maar de referentie ligt er.
Hij is de boze.
Viel het u op dat het in de verleden tijd werd geschreven? Gij hebt de
boze overwonnen! Hier hebben we een opmerking die heel bemoedigend op ons
denken kan uitwerken; deze werd door God bedoeld om ons de wil te geven om
weerstand te bieden, en ik zal u zeggen waarom. Laat me het als volgt zeggen:
om ons de wil te geven standvastig in het geloof te blijven.
Satans meest aanhoudend gebruikte wapen is onze angst (hij doet zijn voordeel
met onze angst) om onszelf enig genoegen te ontzeggen iets dat ons tevreden
stelt, iets waardoor we onszelf goed gaan voelen. Nogmaals, begrijp goed, dat
onszelf tevreden stellen, onszelf goed doen voelen in zichzelf niet verkeerd is.
Maar hij kan zijn voordeel doen met die dingen en ze verdraaien en manipuleren
in iets dat verkeerd is. We krijgen op een of andere manier het gevoel dat als
we dat niet tevreden stellen, dat we dan het plezier zullen missen waar we recht
op hebben.
Denk nog eens aan de gebeurtenissen in de hof van Eden, omdat dat de manier
beschrijft die Satan zal gebruiken om u en mij te manipuleren. Ze boden geen
weerstand tegen de verboden vrucht. Ze kregen het gevoel dat ze die moesten
hebben om de lust van het vlees, de lust van het oog of de trots van het leven
tevreden te stellen. Wat deed Satan hier? Hij verwijderde op subtiele manier de
angst in hun denken voor wat God had gezegd. Hij verdreef de vrees voor God, die
in dit geval ook de vrees voor de dood was.
Hij zei: "U zult niet sterven." Dat was gedeeltelijk juist, omdat
ze niet onmiddellijk stierven, maar ze stierven wel. Ze namen waarschijnlijk een
hap van die vrucht, aten die op en voelden zich gerechtvaardigd in wat ze deden,
omdat ze niet onmiddellijk stierven. Daarom moest Lucifer, de slang, het beslist
bij het rechte eind hebben gehad.
Dit proces kunnen we ook heel duidelijk zien in het boek Job. Satan reageerde
cynisch op God toen God zei: "Hebt u mijn knecht Job gezien?" Satan
zei: "Huid voor huid, en al wat iemand heeft, zal hij geven voor zijn leven."
Maar Job bood, in tegenstelling tot Adam en Eva, weerstand. Hij trapte er niet
in, zelfs niet toen Satan de meest folterende druk uitoefende door zijn gezin
weg te nemen, zijn rijkdom weg te nemen en zijn gezondheid weg te nemen. Job
bleef nog steeds standvastig, zelfs al waren er heel wat vragen over wat er
gaande was en waarom dat gebeurde, omdat Job niet wist dat zowel God als Lucifer
hier beide bij betrokken waren.
Wij weten dat wèl, omdat het in het boek is geschreven en we kunnen er dus
ons voordeel mee doen. God gaf ons inzicht in het cynisme van Satan en de manier
waarop hij u en mij benadert. Hij kent de menselijke natuur. Huid voor huid,
en al wat iemand heeft, zal hij geven voor zijn leven. Hij weet hoe hij de
mens moet manipuleren om zijn voordeel te doen met hun verlangens.
Waarom is dit [1 Johannes 2] in de verleden tijd geschreven? Omdat de
overwinning reeds is behaald, omdat de dood is overwonnen door het offer van
Christus! Geloof in dat offer werkt eraan om ons te bevrijden van onze slavernij
aan Satan en de dood. Dat betekent niet dat we worden gevrijwaard voor de hitte
van de strijd of de gevaren van het slagveld. Maar het verzekert ons ervan, dat
als we trouw zijn, als we loyaal zijn aan God, dat dan de overwinning aan ons
is, omdat onze David hun Goliat reeds heeft verslagen!
Als u zich dat verhaal te binnen brengt, weet u dat zelfs nadat Goliat was
verslagen, het leger der Israëlieten erop uit moest om de Filistijnen te
verslaan. Ze joegen hen van het ene eind van Filistea naar het andere einde
achterna, maar de strijd ging voort. De oorlog is gewonnen, de belangrijkste
veldslag is achter de rug, maar er vinden nog diverse gevechten plaats, inlusief
de onze, omdat de schepping van Gods karakter in ons nog steeds voortgaat.
1 Johannes 3:7-8 Kinderkens, laat niemand u misleiden. Wie de
rechtvaardigheid doet, is rechtvaardig, gelijk Hij rechtvaardig is; 8 wie de
zonde doet is uit de duivel [hij heeft het niet over iemand die één zonde
uit zwakheid begaat, maar iemand die op die manier leeft], want de duivel
zondigt van den beginne. Hiertoe [koppel dit aan 1 Johannes 2 en onze
toestand] is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels
verbreken zou.
Dit gedeelte laat zien, dat de duivel de duivelse bron van zonde is, dat Gods
vijandschap tegen Satan absoluut is, en dat die vijandschap van God de reden is
dat Hij er Zich toe heeft gezet de mens van Satan te redden. Hij is daar meer
bezig! Hij zal het doen! De belangrijkste veldslag is achter de rug. Christus
versloeg Satan. Wij maken deel uit van de zuiveringsoperaties, dus zolang gaat
de oorlog nog door.
God zal verbreken. Dit woord "verbreken" betekent niet afbreken of
vernietigen, maar het betekent "het breken van de macht". We weten dat
Satan onsterfelijk is. Hij zal niet worden vernietigd zoals wij mensen bij
vernietiging denken, maar zijn macht over de mens wordt volledig gebroken,
vanwege wat Christus heeft gedaan! Hij leeft nog steeds; Hij werkt nog steeds,
omdat Gods plan wordt uitgewerkt en wij maken er nu deel van uit.
"Verbreken" zoals het hier wordt gebruikt betekent niet wegvagen.
Het betekent de macht breken van. Aan de andere kant als we verbreken opvatten
in de zin van vernietigen, dan zal God wel vernietigen wat Satan heeft
voortgebracht. Hij zal het systeem van deze wereld, dat tegen God is,
vernietigen. We weten dat God ook de mensen die de ongerechtigheid blijven doen,
in de poel des vuurs zal vernietigen.
Als we trouw zijn, zullen we evenals Christus overwinnen.
Er is iets dat Johannes door heel zijn brief heen heel duidelijk maakt. Er
zijn heel veel verzen die daarop duiden. Ik ga ze niet allemaal lezen, maar let
er eens op als u de volgende keer 1 Johannes leest. Dat punt is dat de test of
iemand uit de waarheid is, altijd in zijn gedrag ligt.
1 Johannes 3:10 Hieraan zijn de kinderen Gods en de kinderen des
duivels kenbaar [hiermee openbaren ze zich]: een ieder die de
rechtvaardigheid niet doet, is niet uit God, evenmin als wie zijn broeder
niet liefheeft.
Gedrag is altijd de test. Zondig gedrag past in het geheel niet bij het leven
dat uit God voortkomt. De kinderen van God vinden behoud. Dat woord behoud
betekent "bevrijding van zonde door gelijkvormig te worden aan de natuur
van Christus door de openbaring die God ons geeft, evenals de kennis die we van
Hem krijgen."
1 Johannes 5:18 Wij weten, dat een ieder, die uit God geboren is,
niet zondigt; want Hij, die uit God geboren werd, bewaart hem, en de boze
heeft geen vat op hem.
Het is belangrijk om dit vers te begrijpen; daardoor kunnen we deze gehele
samenhang begrijpen, zodat we kunnen overwinnen. Denk aan Job.
Ik ga dit vers uit twee andere bijbelvertalingen lezen, omdat er een
alternatieve manier is om het te vertalen en het is mijn mening dat de tweede
manier (de manier die ik nu ga voorlezen) de juiste is. Dat wil niet zeggen dat
degene die we zojuist hebben gelezen geheel verkeerd is, maar hij is wel tweede
keus.
1 Johannes 5:18 (Vertaald naar de Phillips translation) Wij
weten dat het ware kind van God niet zondigt. Het [het kind van God] staat
onder de hoede van Gods eigen Zoon [duidend op Christus] en de boze wordt
daardoor op een afstand gehouden.
Dat is heel duidelijk. Herinnert u zich nog Satans klacht tegen God over Job?
"Waarom zou hij U niet dienen? U hebt hem aan alle kanten beschut!"
Dat gebeurt nu ook met ons vanwege ons geloof in het offer van Christus. Daarom
is dat vers in 1 Johannes 2 in de verleden tijd geschreven.
Laat me het ook nog eens voorlezen vanuit de Revised English Bible.
1 Johannes 5:18 (Vertaald naar de Revised English Bible) Wij
weten dat geen enkel kind van God zonde begaat. Hij wordt veilig bewaard
door de Zoon van God en de boze kan niet bij hem komen.
Over Tarzan gesproken! We hebben iemand die veel beter is dan Tarzan, om
Satan van ons weg te houden! Dat wordt heel duidelijk als we dit vers met andere
schriftgedeelten in verband gaan brengen. Ik geef nu alleen maar Johannes 17:12
en 15, waar Jezus als volgt tot de Vader bad: "Vader, bewaar hen voor de
boze."
Denkt u dat God het gebed van Zijn eigen Zoon niet zal verhoren? Dat doet Hij
zeker wel. Hij zegt: "Ik bid niet, dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar
dat Gij hen bewaart voor de boze." God reageert nu in deze tijd op dat
gebed en houdt Satan van ons weg.
God kent de grenzen van Zijn kinderen. Hij kent de macht van Satan. Om ons te
beschermen zal Hij Satan met ons niet de vrije hand laten, zoals hij die met de
wereld heeft, maar Hij beschermt ons met grote nauwlettendheid tegen het ergste
van Satans verzoekingen.
Weet u nog dat Petrus in Lucas 22:31-33 vol zelfvertrouwen tot Christus zei:
"Ik ben bereid met U te sterven." Jezus zei: "Weet u, Petrus,
Satan heeft verlangd u te ziften als de tarwe, maar Ik heb voor u gebeden, dat
als dat zou gebeuren, uw geloof niet zou bezwijken." Denkt u dat God dat
gebed niet zou verhoren? Dat deed Hij zeer zeker.
Jezus zei: "Als je tot bekering komt, als je nadat dit is gebeurd weer
tot jezelf komt ..." Hij wist wat er met Petrus, met hen allen, zou
gebeuren. Hun geloof zou bezwijken en ze zouden Hem niet trouw zijn. Ze gingen
er allemaal vandoor en God verhoorde dat gebed.
Dat woord bezwijken betekent tussen twee haakjes niet "helemaal,
volledig opgeven". Petrus' geloof verdween niet helemaal, zelfs al bleef
hij niet trouw aan Christus. Hij kwam weer overeind omdat God daarin met hem
was.
Jezus Christus adviseert ons, vermaant ons in het Onze Vader, te bidden voor
verlossing van de boze. God zal dat horen en erop reageren, omdat onze relatie
met God absoluut essentieel is voor de overwinning op Satan. Om nog iets toe te
voegen aan dit punt dat we verzocht zullen worden: de strijd gaat voort en we
moeten er vertrouwen in hebben dat God over ons waakt, dat Hij met ons is en dat
Hij Satan in bedwang houdt.
In 2 Corinthiërs 10 zien we nog een ander principe.
2 Corinthiërs 10:3-6 Want al leven wij in het vlees, wij trekken
niet ten strijde naar het vlees, 4 want de wapenen van onze veldtocht zijn
niet vleselijk, maar krachtig voor God tot het slechten van bolwerken, 5
zodat wij de redeneringen en elke schans, die opgeworpen wordt tegen de
kennis van God, slechten, elk bedenksel als krijgsgevangene brengen onder de
gehoorzaamheid aan Christus, 6 en gereed staan, zodra uw gehoorzaamheid
volkomen is, alle ongehoorzaamheid te straffen.
Al zijn we fysiek en is de zonde nog steeds bij ons, we behoeven niet aan de
genade van onze verdorven menselijke natuur overgeleverd te zijn, we behoeven
Satan niet de gelegenheid te geven; en hier is het dat we moeten beginnen met
het bieden van weerstand. We hebben de kennis, de verzekering van God dat Hij
met ons is, dat Hij ons beschut, zodat we in staat zouden moeten zijn met
vertrouwen voorwaarts te gaan door dit oerwoud, door de wereld, wetende dat God
niet zal toestaan dat we boven vermogen worden verzocht of onder te grote druk
komen te staan.
Onze oorlogsvoering is geestelijk, dus moeten onze wapenen ook de wapenen
zijn die Gods Heilige Geest ons ter beschikking stelt. Vleselijke wapenen zoals
slimheid, vernuft, vermogen tot organiseren, vertrouwen op charme, psychologisch
manipuleren, krachtige persoonlijkheid die betekenen allemaal niets voor
Satan. Hij schuift ze zo terzijde. Ze maken totaal geen indruk op hem.
Deze dingen kunnen oppervlakkige overwinningen veroorzaken, maar ze drijven
het kwaad niet uit! Dat is het probleem. Als we proberen zulke dingen te
gebruiken, dan zullen we altijd een verloren strijd vechten. We proberen dan het
geestelijke kwaad te bestrijden met menselijke kracht, vleselijke kracht. We
staan dan tegenover een partij die vele malen sterker is dan wij, we zijn echt
geen partij voor hem, onze vuurkracht stelt niets voor in vergelijking met de
zijne.
Denk eens aan Zacharia 4:6: "Niet door kracht noch geweld, maar door
mijn Geest! zegt de HERE der heerscharen." De oorlogsvoering is tegen
onzichtbare en niet voelbare geestelijke krachten die ons denken binnendringen!
Zie vers 5 [van 2 Corinthiërs 10]. Redeneringen slechten. Die dingen
vinden in ons denken plaats. Redeneringen die vinden plaats in ons denken en
worden beïnvloed door deze geestelijke krachten die ons denken binnendringen
met duivelse gedachten.
Hoe komen deze gedachten in ons denken tot uiting? Dit vers zegt ons dat. Het
zijn gedachten die zich verheffen tegen de kennis van de waarheid van God.
Laten we eens over Adam en Eva nadenken. Waar gingen zij de fout in? Zij
lieten toe dat wat Satan tegen Gods waarheid inbracht, hun denken binnendrong en
ze begonnen erover na te denken. "Dat klinkt logisch, dat klinkt redelijk."
Toen ze dat eenmaal deden, zaten ze eraan vast.
We hebben hier van doen met dingen, die we meningen zouden kunnen noemen,
gevolgtrekkingen, redeneringen, argumenten, gissingen, aannames, overtuigingen
maar in deze context is er aan allemaal één overheersend aspect verbonden
en dat is dat ze zich verheffen tegen de kennis van God.
Laten we over iets nadenken. Herinnert u zich de tijd dat Jezus Zijn
discipelen (in Mattheüs 16) zei, wat er met Hem zou gaan gebeuren, en dat
Petrus zei (vanuit een goed hart, daar ben ik zeker van; hij zei het met goede
bedoelingen): "Niet zo Here, dat zal U nooit overkomen!" Jezus
reageerde onmiddellijk met: "Ga weg, achter Mij, satan!", omdat wat
Petrus zei (zelfs al begreep Petrus dat niet) een gedachte was die zich verhief
tegen wat Gods woord in het Oude Testament zei, over waar de Messias doorheen
zou moeten gaan.
Jezus nagelde Satan onmiddellijk aan de muur, omdat Hij herkende dat die
gedachte zelfs al was die door Petrus goed bedoeld tegen de waarheid
inging, tegen de kennis van God, daarom kon die niet van Gods Heilige Geest
afkomstig zijn. Die gedachte kwam van Satan.
Dit is een prachtig, duidelijk, bijbels voorbeeld van waar Paulus het hier
[in 2 Corinthiërs 10:3-6] over heeft. Toen Adam en Eva zondigden, zondigden ze
omdat ze toelieten, dat een gedachte die tegen de kennis van God inging, tegen
de waarheid van God, in hun denken bleef hangen totdat deze voor hen aannemelijk
werd en ze ernaar gingen handelen.
Gedachten en redeneringen duiden op ideeën die in het denken ontspruiten,
verlangens doen opwellen, die dan tot handelingen leiden. Verkeerde ideeën over
God, de mens of zelfs het leven zijn de oorsprong van zonde.
Beginnen we te zien wat ons hoofdwapen is in het verslaan van Satan? Dat is
waarheid, geloof in waarheid. Dat is wat Adam en Eva niet hadden. Zij geloofden
niet wat God had gezegd en ze zondigden.
Johannes 8:44 Gij hebt de duivel tot vader en wilt de begeerten van
uw vader doen. Die was een mensenmoorder van den beginne en staat niet in de
waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt,
spreekt hij naar zijn aard [hij doet wat natuurlijk voor hem is], want hij
is een leugenaar en de vader der leugen.
Wat God zegt is de waarheid. Wat Satan zegt is de leugen. Satan liegt even
natuurlijk en spontaan als God de waarheid spreekt. Ze zijn het
tegenovergestelde van elkaar; ze staan tegenover elkaar; ze zijn vijanden van
elkaar. Maar de Ene spreekt de waarheid en de andere spreekt leugens. De enige
manier waarop de wereld of wij ooit zullen gaan veranderen, is als we God
geloven en ernaar handelen. Dat behoeft niet op een ingewikkelde manier te
worden uiteengezet. God geeft ons daartoe nu de gelegenheid te handelen naar
Zijn waarheid, gevrijwaard van het lastig vallen door Satan, de leugenaar. Zei
Jezus niet: "U zult de waarheid kennen en de waarheid zal u vrij maken?"
Leugens brengen ons in slavernij.
We kunnen dit door de hele bijbel heen zien. Er zijn zoveel verwijzingen naar
dit punt.
Romeinen 1:24-25 Daarom heeft God hen in hun hartstochten overgegeven
aan onreinheid, zodat bij hen het lichaam onteerd wordt. 25 Zij immers
hadden de waarheid Gods vervangen door de leugen en het schepsel vereerd
en gediend boven de Schepper, die te prijzen is tot in eeuwigheid. Amen.
Er is een leugen die boven alle andere leugens uitgaat. Dat is het geloof dat
iets of iemand vereerd moet worden, en daarom ook gehoorzaamd, in plaats van de
Persoon en de waarheid van God. Dat is de essentie van afgodendienst. Meestal is
degene aan wie en voor wie we dat doen, het eigen ik.
In 2 Thessalonicenzen 2:10-11 schrijft Paulus dat zij die vernietigd worden (als
ik het zo mag zeggen), degenen zijn die weigeren de liefde tot de waarheid (bepaald
lidwoord) te ontvangen.
Als we deze dingen begrijpen, zien we dat de kinderen van God worden
gekarakteriseerd door hun liefde voor de waarheid, en de kinderen van Satan door
hun weigering de waarheid te erkennen en te aanvaarden. Het wordt heel duidelijk.
Laten we Mattheüs 4:4 opslaan waar het over de Baas Zelf en Zijn ervaringen
gaat:
Mattheüs 4:3-4 En de verzoeker kwam en zeide tot Hem: Indien Gij
Gods Zoon zijt, zeg dan, dat deze stenen broden worden. 4 Maar Hij
antwoordde en zeide: Er staat geschreven: Niet alleen van brood zal de mens
leven, maar van alle woord [de waarheid], dat uit de mond Gods uitgaat.
Zelfs als Satan waarheid spreekt, zelfs als hij de schrift citeert, verdraait
hij het op een doortrapte manier. Hoe bestreed de Baas Satan? Met waarheid! Daar
hebben we het! Zo verslaan we Satan er vertrouwen in hebben dat de
overwinning reeds is behaald; er vertrouwen in hebben dat God ons beschut, opdat
we niet in een situatie terechtkomen waarin we op een manier met Satan te maken
krijgen die we niet aankunnen; en een absoluut vertrouwen hebben in de waarheid
van God! Zelfs al kunnen we niet zien hoe een en ander zal uitwerken; zelfs al
denken we dat het volgen van de waarheid van God een geweldige zelfopoffering
met zich mee zal brengen; toch hebben we het voorbeeld van Jezus Zelf waarin Hij
ons laat zien, dat Hij Satan bestreed door te vertrouwen op de waarheid van God.
Hij vertrouwde op wat God had gezegd.
We zouden ons kunnen afvragen waarom Satan "indien" gebruikte. Hij
gebruikte het "indien" niet om Jezus te laten twijfelen aan Zijn
Zoonschap. Jezus wist wie Hij was. Veeleer probeerde hij Hem te laten nadenken
over de betekenis van de "indiens". "Indien U de Zoon van
God bent, dan hebt U zeker het recht te verwachten dat U kunt voorzien in de
behoeften van dit moment."
Jezus trapte er niet in. Zo hongerig als Hij was, Hij wist dat het een val
was. Hij wist dat Hij zich geen zorgen behoefde te maken over het voorzien in
Zijn materiële noden, omdat God daarin voor Hem zou voorzien. Zei Hij later
niet: "Als God de vogelen des velds op deze manier voedt ..."? Dat is
wat Hij bedoelde.
Dit was een verzoeking voor Christus om Zijn Zoonschap op een andere manier
te gebruiken dan het doel wat God ervoor had vastgesteld. Wat is het doel van
God met onze roeping? Om eerst het Koninkrijk van God te zoeken en Zijn
gerechtigheid en al die dingen zullen u bovendien geschonken worden. Dat is
de waarheid van God. God zal erin voorzien. Jezus' antwoord was dus: "Dank
u, maar Ik wacht gewoon tot God in Mijn noden zal voorzien."
Laten we over deze drie dingen nadenken:
1. We kunnen vertrouwen hebben, omdat de overwinning reeds is behaald. De
oorlogsvoering gaat voort, maar de belangrijkste slag is achter de rug. Satan
is verslagen en het is Gods bedoeling de werken van de duivel te vernietigen.
2. We kunnen vertrouwen hebben dat God ons beschut, net zoals Hij dat met
Job deed, en omdat we onder de hoede van Zijn Zoon staan, moet Satan afstand
houden.
3. We moeten weerstand bieden aan Satan door het herkennen van de waarheid
van God en het weerstaan van Satans verlangen ons tot zonde te leiden. Hij zal
dat doen door gedachten die zich verheffen tegen de kennis van God.
|